Stel, een wildvreemde ambtenaar leest de WhatsApp-gesprekken tussen jou en je vriend. Gesprekken over jullie liefde, angsten en geiligheid. Deze ambtenaar heeft daarnaast tientallen foto's van jullie, zodat hij een gezicht heeft bij al die persoonlijke ontboezemingen. Om het feest compleet te maken leest hij ook jullie Facebook-gesprekken en e-mails. O ja, en krijgt hij volledige inzage in jouw financiële situatie. Niet bepaald prettig.

Langdurige en exclusieve relatie

Het is wel precies wat er gebeurt als je je buitenlandse liefde naar Nederland wilt laten komen. Of om in de termen van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) te spreken: je ongehuwd partner.

En dat wil ik. Matan (28) is namelijk fantastisch. Hij is lief, slim, knap, grappig en buitengewoon origineel. Zo denkt hij ook over mij, dus dat komt mooi uit. Toen we in oktober 2015 een relatie kregen, besloten we binnen twee weken dat hij in Nederland zou komen wonen. Hij heeft familie in Amsterdam en voelt zich hier thuis. Klein probleem: als je een 'ongehuwd partner' naar Nederland wilt halen, moet er aantoonbaar een 'langdurige en exclusieve relatie' zijn. Van dat eerste aspect was na twee weken daten nog weinig sprake. We moesten zelfs nog beginnen aan de oneindig lijkende periode van skypen, appen en heen en weer vliegen.

Hij vond dat ik te veel pushte, ik vond hem een slome zak. Tussendoor hielden we van elkaar

Die periode begon eind november 2015, toen Matan na zijn bezoek aan Amsterdam weer naar huis ging. Vanwege mijn bestaan als freelance journalist kan ik makkelijk met regelmaat naar Israël. Als Matan genoeg gespaard heeft, vliegt hij naar mij. Zo zien we elkaar elke maand. Tussen december 2015 en maart 2017 zijn we dertien keer op en neer gevlogen. Soms voor een midweek, soms voor een maand. Dan moesten we niet vergeten even een leuke foto te maken van onszelf (met de datum in beeld). We verzamelden namelijk 'relatiebewijs' voor de IND. Best gek om 'spontaan' met je schoonfamilie op de foto te moeten in het kader van: kijk, we zijn écht betrokken bij elkaars leven!

Als we niet bij elkaar zijn, appen we elke dag wel even. Echt, applaus en confetti voor de smartphone, maar af en toe ben ik het helemaal zat. Op het moment dat ik, wegens gebrek aan fysiek contact, maar weer een 'hartje' app. Of op de momenten dat het even stroef loopt en een telefoongesprek eigenlijk niet genoeg is. Soms wil ik sowieso niets zeggen, maar gewoon tegen hem aan liggen. Wij kunnen niet zomaar even naar elkaar toe fietsen na een nachtje feesten. Wij moeten elke keer het vliegtuig pakken, agenda's trekken en onze schema's op elkaar afstemmen. En dan nog mis je belangrijke momenten met elkaar.

Het was liefde

Hoe was ik in deze situatie beland? Twee keer eerder had ik een lange-afstandsrelatie en dat wilde ik nooit, nooit, nóóit meer. Mijn volgende vriend zou in Nederland wonen. Liefst in Amsterdam, nog liever in Amsterdam-West. Lekker op loopafstand.

Toen ik in de zomer van 2015 voor twee maanden naar Tel Aviv vertrok, riep ik dus ook overtuigd: ik ga écht niet verliefd worden op een Israëliër, daar heb ik helemáál geen zin in. Had ik echt niet. Ik wilde van de stad genieten waar ik al een paar keer was geweest en leuke mensen kende. Mijn tijd in Tel Aviv was dan ook één grote, gezellige rollercoaster. Met freelance schrijfopdrachten verdiende ik wat geld, maar ik was vooral druk met zonnen en feesten. Die periode werd ik dan ook niet verliefd op Matan. Dat gebeurde in Amsterdam, ik was koud een week terug uit Israël. Het leven is ironisch.

Matan was in Amsterdam om zijn familie te bezoeken. Hij en ik hadden elkaar jaren daarvoor al eens ontmoet in Nederland via zijn half-Nederlandse nicht, met wie ik een vriendengroep deelde. Najaar 2015 was hij back in town en het leek ons leuk na al die tijd eens een biertje te drinken. Al bierdrinkend constateerde ik dat hij nog steeds dat mooie hoofd en die goeie armen had. We praatten over wat we zoal hadden meegemaakt de afgelopen jaren (ik ernstig liefdesverdriet, hij een oorlog tegen Hamas). Daarna zoenden we. Het was romantisch. We snapten elkaar. We werden verliefd.

Rompslomp

Na een paar mooie weken in Amsterdam, vertrok Matan weer naar het Israëlische gehucht waar hij vandaan komt. We moesten geduld hebben en aan die 'langdurige en exclusieve relatie' werken. In het begin konden we dus weinig anders doen dan de tijd laten verstrijken. Ondertussen verdiepten we ons in de bureaucratische rompslomp van het IND. Ongehuwdenverklaringen, officiële vertalingen, apostillestempels, antecedentenverklaringen – de termen vlogen me om de oren. Wat moet er nou eigenlijk eerst gebeuren? vroeg ik met een ingehouden paniekstem aan de IND-meneer. 'Eerst moet de vreemdeling zijn basisexamen inburgering halen,' zei hij. 'Dan pas kun je de aanvraag voor verblijf bij ongehuwd partner indienen.'

Die aanvraag wilde ik in 2016 nog de deur uit hebben. Ik spamde Matan met informatie. Hij moest naar de site naarnederland.nl, hij moest de Nederlandse ambassade bellen, hij moest Nederlands gaan leren, hij moest dat serieus nemen en elke dag oefenen, hij moest een beetje tempo maken. Met andere woorden: hij moest doen wat ik zei.

Deed hij natuurlijk niet, wat nogal eens leidde tot frustratie. Zodra Het Grote Onderwerp ter sprake kwam, werd het er niet gezelliger op. Hij vond dat ik te veel pushte, ik vond hem een slome zak. Tussendoor hielden we van elkaar.

Uitgaande post

Ik leerde accepteren dat Matan in een ander tempo leeft, laten we het een mediterraan tempo noemen. Neemt niet weg dat hij elke dag een paar uur studeerde en zinnetjes leerde als 'Ik kom met de trein' en 'Ik hou niet van kaas.' Ook moest hij zich verdiepen in de Nederlandse cultuur. Is Nederland bijvoorbeeld groter of kleiner dan Marokko? Is het in Nederland voornamelijk nat of droog? En: gaan jongens en meisjes hier samen naar school? (Denken ze bij de IND dat migranten debiel zijn?)

Januari 2017: Matan heeft zijn inburgeringsexamen met vlag en wimpel gehaald.

We hadden zes weken op de uitslag gewacht. Nu kon ein-de-lijk die aanvraag de deur uit, die berg aan formulieren, bewijsstukken en foto's!

Achthonderd gram papierwerk deed ik op de post, het belangrijkste pakket van mijn leven

Had ik al gezegd dat ik een neuroot ben? Ik wilde alles perféct opsturen naar de IND: mijn belastingaanslagen van de afgelopen drie jaar, mijn inkomen van de afgelopen drie jaar, onze relatieverklaring, ruim veertig foto's aan bewijs, onze correspondentie, onze vliegtickets, stempels in paspoorten, de uitgebreide vragenlijst over onze relatie ('Bent u familie van elkaar?' Wat!?), Matans ongehuwdenverklaring, de vertaling daarvan, het certificaat van echtheid van die vertaling, enzovoort, enzovoort. Uiteindelijk deed ik achthonderd gram aan papierwerk op de post, in een zorgvuldig dichtgepakt pakket. Ik wilde dat onze 'behandelaar' het postpakket vol ontzag zou openen en tegen collega's zou zeggen: wauw, dit is de mooiste aanvraag die ik ooit heb gezien. *pinkt traantje weg*

'Dit is het belangrijkste postpakket van mijn leven,' zei ik tegen de vrouw van het postkantoor. Ik wist dat ik klonk als een gek, maar dat kon me even niks schelen. 'O ja?' Het interesseerde haar duidelijk geen reet. 'Ja, dit pakket gaat bepalen of mijn vriend en ik bij elkaar mogen zijn. Kijk, het is voor de IND, de Immigratie- en Naturalisatiedienst.' De vrouw zei: 'O joh', maar ze dacht: betaal gewoon die 3,97 euro en ga weg.

Inkomende post

In de ontvangstbevestiging laat de immigratiedienst weten dat we uiterlijk drie maanden later, voor 26 april, uitsluitsel krijgen. De IND heeft negentig dagen de tijd om te reageren, negentig dagen waarop Matan niet in Nederland mag zijn. Dus ik ga wéér naar Israël en we vieren de maand daarop samen vakantie in Athene.

Op 16 maart, veel eerder dan verwacht, komt het verlossende antwoord. Matan mag in Nederland komen wonen, de IND ziet 'geen reden tot afwijzing'. Ik heb natuurlijk een perfécte aanvraag ingediend.

Elke keer dat ik me het moment van de verlossende brief voorstelde, zag ik mezelf huilen van opluchting. In plaats daarvan was ik gewoon heel blij en dacht ik: hè hè, eindelijk. Op het moment dat ik dit schrijf duurt het nog zo'n twee weken voor Matan hier woont. Geweldig, maar ook spannend. Straks is aan ons Grote Gezamenlijke Project een eind gekomen. Dan is het grote missen en het grote verlangen voorbij, iets wat nu een wezenlijk aspect van onze relatie is. Straks wonen we samen. En dan? Dan begint het pas.

Inmiddels woont Matan in Nederland. Hij heeft een woon-en werkvergunning voor vijf jaar. Dat betekent dat hij wel gewoon een BSN-nummer heeft, maar bijvoorbeeld niet mag stemmen. Na drie jaar moet hij opnieuw inburgeren door middel van hét inburgeringsexamen, dat een slag moeilijker is dan het examen dat hij al in Israël gemaakt heeft. Hij heeft twee jaar de tijd om zich hierop voor te bereiden. Als hij het examen haalt, kan hij een Nederlands paspoort aanvragen.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk in ELLE augustus 2017.

Karlijn Brinkman heeft een relatie met Omran, een Syrische vluchteling. >