Dat duurde wel heel lang…

'In 2004 begon de gedachte aan een nieuw album te spelen. Maar het was moeilijk om een producer te vinden waar ik een goede band mee had. Na een aantal samenwerkingen die minder soepel verliepen, kwam ik uiteindelijk bij Brian terecht. Inmiddels kwamen er zoveel projecten tussendoor - Brian werd ineens succesvol met Gnarls Barkley - dat we een weekje hier en een weekje daar werkten. Maar het was absoluut de moeite waard, het is heerlijk om met hem te werken.'

Omschrijf je album 'ns?'

Pop noir. Dat wil zeggen, een beetje weirde pop die hypnotisch is, maar toch humor heeft en optimistisch is. Er zit een bepaalde dualiteit in de muziek: aan de ene kant is het is horror, aan de andere kant toch vrolijk - in elk geval een stuk vrolijker dan de vorige.'

Hoe komt dat?

'Het was mijn eerste album en ik was nog zoekende, zat toen meer vast in een rol. Op The Blue God ben ik meer mezelf. Dat voelt beter.'

Hoe ontstaat een nummer bij jou?

'Bij mij begint het meestal met een melodie. Die kan overal ontstaan, in gesprek, of in de metro. Die zing ik dan in op mijn dictafoontje en neem ik mee naar de studio. Daar werken we - Brian, Josh en ik – het verder uit. De essentie van het album ligt dan ook in de studio.'

Beste luisterplek voor The Blue God?

'Ik vind eigenlijk dat muziek het best tot zijn recht komt op een koptelefoon. Maar iedereen moet er naar luisteren zoals ‘ie wil. Thuis of in de club. Stofzuigend van mijn part!'