Toen onlangs mijn nieuwe serie Beschadigd, over mensen die zichzelf snijden, werd aangekondigd kreeg ik veelvuldig de vraag ‘hoe ik het volhoud om films over zulke zware onderwerpen te maken’. Ik antwoord steevast: met een beetje humor.

Want veel ingewikkelder is het niet; ik vind dat je overal grappen over moet kunnen maken, als je intenties maar spatzuiver blijven. Humor relativeert en verzacht extreme, eigenlijk ondraagbare omstandigheden. En gek genoeg hebben de mensen die de grootste trauma’s hebben meegemaakt, in de meest prangende situaties verkeren, de meeste humor.

Zo herinner ik me een moment waarop ik een Nederlandse gedetineerde in Ecuador belde toen ik werkte aan een docu over hem. Ik belde een uur eerder dan afgesproken dus hij moest worden ontboden op het kantoor van de directeur van de Ecuadoriaanse gevangenis, die weinig liefdevol bekend stond als ‘de hel van Zuid-Amerika’.

Er waren regelmatig opstanden en enkele weken ervoor hadden bendeleden een aantal cipiers onthoofd. Ik vroeg de Nederlandse man enigszins nerveus: ‘Heb je even?’ Waarop hij antwoordde: ‘Nog een jaar of zeven, dus ik weet niet of het dringend is?’

EX-ANORECT-GEINTJES
Toen ik een documentaire maakte over seriemoordenaar Marc Dutroux – ik denk zonder enige twijfel iedereen z’n grootste nachtmerrie –, heeft humor mij en mijn team er doorheen gesleept. Anders is dit simpelweg niet te doen. Want hoe moet je anders scherp en rustig blijven terwijl de meest afschuwelijke details je om de oren vliegen?

Zo kon het gebeuren dat wij op een rustig moment de grafsteen van Dutroux’ broer stonden te filmen op een compleet verlaten begraafplaats in het zuiden van België, toen onze geluidsman na een minuut of acht van intense stilte plechtig fluisterde dat hij dit mijn allerbeste diepte-interview vond.

Ook tijdens de slopende productie van Vel over Probleem 1 en 2over anorexia – waren de grappen niet van de lucht. Eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik mij als ex-anorect wel wat extra grappen kon permitteren. De ‘til er niet te zwaar aan’- en ‘maak je niet dik’-geintjes waren dus ook snel gemaakt. Het brak vaak de spanning in – ook voor mij – beangstigende situaties.

Video camera, Machine, Camera, Cameras & optics, Camera operator, Filmmaking, Photography, Cinematographer, Videographer, Blond,

 
MORBIDE HUMOR
Clinton Young, de jongen op death row in Texas die ik nu bijna twee jaar volg, kan er ook wat van. Terwijl hij wacht op zijn executie laat zijn morbide humor mij vaak door mijn tranen heen lachen. Want zijn situatie is natuurlijk om te janken; feitelijk wacht hij tot hij vermoord wordt door de staat – voor iets wat hij ook nog eens niet gedaan kán hebben, maar dat is weer een heel ander verhaal.

Ik mag hem alleen spreken als hij in een metalen kooi is geplaatst, afgeschermd door tralies en glas. Het draagt niet bepaald bij aan een ontspannen sfeer en dus maken we geintjes. Tijdens een gesprek een paar weken geleden zei hij halverwege:

‘Jess, hebben we nu alles eigenlijk wel besproken?’
Ik zei cynisch: ‘Hoezo, moet je ergens heen?’

De pijnlijke stilte werd snel gevolgd door ongemakkelijk maar hard gelach door ons beiden. Ik weet nooit wanneer het de laatste keer is dat ik hem zie. En dat we samen lachen.

SCHERPE GRAPPEN
Tijdens het maken van de nieuwe serie, over zelfbeschadiging, merk ik dat ik het hard nodig heb. Iedere keer dat ik weer een toegetakelde arm of been zie, moet ik me herpakken. Mijn best doen om niet uit te roepen hoe erg ik het voor ze vind. En dus worden er grappen gemaakt tijdens de opnamen.

Natuurlijk nooit over de ernstige verwondingen, daarover zijn moeilijk grappen te maken. Maar wel over de situaties. Zo hoorde ik mezelf gisteren nog zeggen: ‘Kom we gaan lekker naar binnen, ik kan niet zo goed tegen die snijdende kou.’ Of, na een heftige bekentenis: ‘Dat hakte er zeker wel in?’ Vorige week attendeerde een van onze cameramensen mij erop dat mijn zender in beeld te zien was, waarop ik riep: ‘Scherp!’

Blue, Text, Electric blue, Font, Majorelle blue, Signage, Azure, Parallel, Cobalt blue, Gas,

 
Waar ik minder om kan lachen is hoe mensen met zelf aangebrachte wonden worden behandeld door artsen op de eerste hulp. Dat is namelijk om te huilen. Van álle mensen die ik heb gesproken die ooit met zelf veroorzaakte wonden op de eerste hulp van een ziekenhuis zijn geweest, geeft honderd procent(!) aan dat zij wel eens zijn weggestuurd (‘Je hebt het toch zelf gedaan?’) of onverdoofd(!) gehecht zijn (‘Als je jezelf dit kunt aandoen, kun je deze pijn ook wel verdragen’).

Sommigen geven aan urenlang te moeten wachten terwijl ze zien dat gekneusde pinken voorrang krijgen, ondertussen horen ze artsen zeggen dat er ‘weer zo’n Borderliner op de gang zit’ en dat ze er eigenlijk geen zin in hebben ‘omdat ze hier niet negen jaar voor gestudeerd hebben’. Niet misselijk.

Ik ben nog steeds aan het bedenken welke grap ik daarover kan maken. Als ik het weet, meld ik me weer.

Vanaf 12 februari wordt de vierdelige documentaireserie Beschadigd om 22.05 uur uitgezonden op NPO 3

Lees ook andere ELLE Opinie-stukken:

Willa Stoutenbeek over duurzaamheid in de mode >

Stephanie Botteliers hilarische ode aan UGGs >

Sigrid ten Napel over goede voornemens (of het níet hebben ervan) >