Lippenstift: je haat het, of je houdt ervan. Behoor je tot die laatste categorie (hoera!), dan herken je déze dingen.
1. Mensen om je heen zeggen geregeld ‘ik zou willen dat ik lippenstift kon dragen’.
En je snapt nog stééds niet waarom dat dan niet zou kunnen.
2. Sowieso zeggen mensen altijd iets
Wanneer je lippenstift op hebt. Niet per se over je lippen, maar altijd iets complimenteus – over je haar, je kleren, je huid of dat je straalt. Jij weet wel beter: het is de lippenstift die het hele voorkomen opkalefatert en complimenten triggert, waardoor je iedere keer weer wordt gesterkt in je mening dat lippenstift een grandioze uitvinding is.
3. Je bonnetjes in je portemonnee zitten vol lippenstiftafdrukken
Want die gebruik je om je lippen te deppen wanneer er geen wc-papier in de buurt is (zoals in de trein, in de bus, of op straat, want ja: ook dáár heb je inmiddels binnen een minuut je lippen gestift).
4. Je voelt je oprecht verraden door ieder die je niet op lippenstiftvlekken wijst
Of er pas aan het einde van de dag mee komt dat ‘er trouwens al de ganse dag lippenstift op je voortanden zit’.
5. Mensen die je er wél op wijzen wil je knuffelen
En stijgen in een klap kilometers in je aanzien.
6. Je weet nog dat je je een clown voelde
De allereerste keer dat je lippenstift droeg. Nu vraag je je oprecht af hoe je dat óóit hebt kunnen denken.
7. Je weet nog steeds niet of je nu voor een blauwe of oranje ondertoon moet kiezen
En dat blijft nu al jaren een abracadabra-verhaal voor je. Het een zou je tanden witter maken, maar het ander past weer bij de meeste huidkleuren. Je kiest vooralsnog op de gok en op gevoel, en dat gaat prima.
8. Je kunt niks meer uit glazen flesjes drinken
Want dan krijg je na een paar slokken lippenstiftvleugels: rode vlekken aan de bovenkant van je mondhoeken.
9. Je raakt op feestjes nooit je glas kwijt
Want je herkent je lippenstiftkleur aan de rand van het glas.
