Jou overkomt natuurlijk niks - laten we er allemaal maar gewoon in blijven geloven -, maar mocht het dan tóch eens flink mis zijn met je, dan kan het helemaal geen kwaad om onderstaande 5 dingen op je telefoon te hebben.

1. Gebruik Siri
Soms ben je in nood, maar kom je niet bij je telefoon, doordat je bijvoorbeeld klem ligt onder, zeg, een omgevallen kast. We noemen maar iets, hè. 'Hey Siri' zeggen, is dan dé manier om toch je telefoon te laten bellen naar een alarmnummer. Kleine kanttekening: je telefoon moet wel aan een stopcontact liggen.

2. Maak een medisch ID aan
Je hebt 'm al op je telefoon staan, je hebt hem waarschijnlijk alleen nog niet ingevuld. Ga naar het 'hartje' (de gezondheidsapp), en klik rechtsonder op 'Medisch ID'. Eenmaal ingevuld, kan iedereen bij je medische gegevens, ook als ze het wachtwoord van je telefoon niet hebben.

3. Gebruik een doktersapp
Dit vervangt natuurlijk nóóit je echte dokter, maar in geval van nood en snel handelen (en: veel bloed) kan het heel handig zijn om een doktersapp op je telefoon te hebben, zodat je in ieder geval weet wat je volgende stappen moeten zijn.

4. Gebruik een locatieapp
Er zijn inmiddels allerlei apps die je locatie bijhouden en die met een zelf gekozen aantal mensen deelt, zoals bijvoorbeeld je ouders. Dat voelt misschien als een inbreuk op je privacy, maar op cruciale momenten zou 't weleens je leven kunnen redden.

5. Zet 'ICE' voor de contacten die als eerste moeten worden gebeld bij een noodgeval
Dokters en ambulancemedewerkers zullen in je telefoon altijd als eerste op zoek gaan naar de contacten met 'ICE' ervoor, dat staat voor In Case of Emergency. Wel zo prettig dat de juiste mensen worden gebeld, als het nodig is.