Vannacht gaat de wintertijd weer in. Minstens één van deze gedachtes ga je ook hebben:

1. Hoe laat is het? Waar is mijn telefoon?

2. Hoi gemistje appjes.

3. Wintertijd?

4. OJA!

5. Komt er een keer een jaar waarin ik niet pas op de ochtend zelf realiseer dat het wintertijd is?

6. Uur vooruit dus.

7. Nee, achteruit.

8. Voo... nee. Achteruit. Want ik heb een uur méér.

9. Toch? Ja.

10. Hoe tel je dit?

11. Ja, Google zegt áchteruit.

12. Komt er een keer een jaar waarin ik dit systeem meteen snap?

13. Heb honger.

14. Is de Albert Heijn al open?

15. Hoe de F*CK werkt wintertijd ook alweer met winkels en openingstijden?

16. Ik vind dit ingewikkeld.

17. Waarom deden we dit eigenlijk ook alweer?

18. Iets met daglicht, denk ik.

19. Geen zin om Google weer te openen.

20. Ik wil niet eens nadenken over hoe het qua tijd en openbaar vervoer vannacht precies werkte op het tijdstip dat de winter inging. Ugh, hoofdpijn.

20. Oké, maar daar gaat het allemaal niet om: ik kan EEN UUR langer blijven slapen.

21. Kan ik extra lang Netflix kijken

22. Of moet ik iets nuttigs gaan doen nu?

23. Of gewoon slapen?

24. Misschien is het zonde als ik dit extra uur wegslaap.

25. Wat kun je eigenlijk doen in een uur?

26. Waarom wordt een uur tijdens wintertijd opeens zo belangrijk?

27. Wat is eigenlijk precies een uur?

28. Wat is tijd nou helemaal?

28. Is het niet heel debiel dat we altijd, elke dag, op ieder moment een klok hebben lopen?

29. Waar stopt de lucht eigenlijk?

30. En wat is de grens van de ruimte?

31. Is er wel een grens aan de ruimte?

32. En als er wel een grens is, wat zit er dan achter?

33. Ik word GEK.

34. Ik ga weer slapen.

35. Ik zie wel hoe laat het is als ik wakker word.