Het schijnt zo te zijn dat als je op vakantie bent, je IQ met een aantal punten keldert. Je hoeft je hersenen immers alleen nog te gebruiken om je bikinibandjes vast te knopen en te kiezen tussen vistaco’s en bieftortilla’s. Dat kan ook wel op halve breinkracht, dus: ontspannen maar. Dit jaar heb ik het echter wel heel bont gemaakt. Normaal gesproken gaat de daling van mijn scherpte geleidelijk, tot ik in week drie de vreemdste telfouten begin te maken tijdens spelletjes domino. Maar nu liet ik op de heenweg, tijdens de overstap op London Heathrow, mentaal gezien al alles uit m’n handen vallen. Zielsgelukkig zat ik in een veel te duur restaurant achter een glas wijn. Vakantie lalala! Ik kon alleen nog maar slappe verhalen ophangen en lodderig naar de menukaart staren, zo relaxed was ik. Mijn vriend smeekte me om nog heel even te focussen, zodat ik niet nog met m’n neus in de citroenmeringuetaart hing terwijl we al bij gate C52 moesten staan.


'Weg vaste kantooruren, hallo nooit meer wekkers zetten. En weg grens tussen werk en privé'

WERK & PRIVÉ
Wat me duidelijk werd uit die wazige uren op het vliegveld, is dat ik een uitknop heb. En dat ik die keihard had ingedrukt nadat ik heel erg ‘aan’ had gestaan. Ik had net mijn eerste jaar als zzp’er achter de rug. Weg vaste kantooruren, hallo nooit meer wekkers zetten en dronken op dinsdagmiddag, als dat zo uitkwam. Maar ook weg grens tussen werk en privé. Voorheen was het duidelijk: ik ging elke doordeweekse dag in een kantoorpand achter een bureau zitten en daar aan de slag. Aan het einde van de dag zette ik m’n computer uit en was ik tot de volgende ochtend klaar. Nu waren werk en privé echter één grote soep geworden. Ik werk vooral thuis en de uren smeren zich uit over de hele week. De werkdruk is niet constant, dus de ene week lig ik nog op zondagnacht in bed te tikken en de andere is weer rustig. Wat dan tijd geeft voor vraagstukken als: moet ik die vrije uren niet besteden aan een bron van nieuwe opdrachtgevers aanboren en ideeën opperen?

OVERAL BEREIKBAAR
Ik mag niet klagen; ik behoor niet tot de grote groep zzp’ers die nauwelijks kunnen rondkomen. Maar ik heb wel last van een zekere gejaagdheid. Mijn werkdag stopt niet om half zes. Mijn werk is nooit af. Ik moet zelf grenzen stellen, dat vind ik lastig. Het zal ook voor veel andere zzp’ers gelden. En daarvan komen er steeds meer. Niet alleen hun aantal neemt toe, maar ook het aantal oproepkrachten en mensen met een nulurencontract stijgt. In 2012 had nog 64,4% van de beroepsbevolking een vaste aanstelling, in 2015 was dat nog maar 60,5%, volgens het CBS.

Al die lossere dienstverbanden beïnvloeden de relatie tussen arbeid en vrije tijd. Het is vaak onzeker hoeveel uren er gewerkt moeten worden, wanneer precies, en hoeveel geld er binnenkomt. Dat maakt dat mensen ook in hun vrije uren hun werk in het achterhoofd hebben. Voor mensen met oproepdiensten speelt steeds de vraag: moet ik vandaag op het werk komen opdraven of niet? Carla Ziebertz doet aan het Behavioural Science Institute van de Radboud Universiteit onderzoek naar de gevolgen die dat heeft. ‘Mensen kunnen on call zijn als negatief ervaren. Het geldt niet voor iedereen, maar een aanzienlijk deel heeft moeite om te ontspannen in de uren dat ze oproepbaar zijn.’ Die ontspanning is van groot belang. Je moet kunnen bijkomen van je werk, door te rusten en met andere zaken bezig te zijn. Ziebertz: ‘Als iemand door steeds bereikbaar te moeten zijn, het werk niet los kan laten, kan dat negatieve gevolgen hebben. Psychological detachment, het loskomen van het werk, is namelijk erg belangrijk voor ons herstel. Uit onderzoek weten we dat onvoldoende herstel op den duur tot gezondheidsproblemen kan leiden.’


'Je moet kunnen bijkomen van je werk, door te rusten en met andere zaken bezig te zijn'

Het bereikbaar moeten zijn geldt uiteraard niet alleen voor oproepkrachten, maar voor veel meer mensen. In feite zijn velen van ons steeds on call. Mobiele telefoons maken dat het werk altijd kan aankloppen, je moet naar de verste uithoeken van exotische oorden reizen om niet bereikbaar te zijn. Niet voor niets hoor je steeds vaker dat mensen het zalig vinden om in het vliegtuig te zitten. Ja, je hebt schandelijk weinig beenruimte en kans op een ruftende buurman. Maar je bent onbereikbaar! De schandalige luxe! Nog even dan, want steeds meer luchtvaartmaatschappijen bieden wifi aan.

WORKPLACE TELEPRESSURE
Ook naar dat altijd bereikbaar zijn is research gedaan. In de onderzoeken wordt gesproken van workplace telepressure: de druk die mensen ondervinden om snel te reageren op e-mails, sms’en en voicemailberichten. Vorig jaar verscheen er een onderzoek van de Northern Illinois University, met verontrustende resultaten. Werknemers die aangeven dat ze last hebben van die druk, zijn vaker ziek en hebben ook vaker burn-outs, concentratieproblemen en slaapproblemen. Wat verder bleek, is dat de kantoorcultuur een grote rol speelt in het ervaren van pressie. Als er vaak ‘urgent’ boven een mail wordt gezet, of collega’s excuses aanbieden als ze niet meteen terugmailen, neemt de druk om rap te reageren toe. Larissa Barber, die het onderzoek leidde, denkt dat bedrijven er goed aan doen om in te grijpen. Bijvoorbeeld door richtlijnen te geven voor het checken van en reageren op berichten, zowel tijdens als buiten de werkuren. Het leek allemaal zo mooi, overal en altijd kunnen bellen, mailen en typen. Wat een vrijheid! Maar die vrijheid blijkt soms niet zo vrij. Als een zware jongen uit een stripverhaal sleep je zo’n loden bal achter je aan, in de vorm van een mobiele telefoon.

NERGENS LAST VAN
Voor de meeste onderzoeken naar bovengenoemde soorten werkdruk geldt echter ook dat er aardig wat werknemers zijn die nergens last van hebben. Ongelezen mails, uren thuis doorbrengen zonder te weten of ze opgeroepen worden of niet – het doet ze weinig. Carla Ziebertz ziet bijvoorbeeld flinke verschillen tussen werknemers met oproepdiensten. ‘De een zegt dan: “Ik zit de hele tijd thuis met de telefoon in mijn hand.” En een ander gaat gewoon met een vriendin de stad in om koffie te drinken.’ Waarom ondervinden sommigen eerder stress dan anderen? Daarover is nog niet zo veel bekend. ‘Het zou te maken kunnen hebben met persoonlijkheidskenmerken, en dan met name of je goed kunt omgaan met onzekerheid. Maar er moet nog meer onderzoek naar verricht worden.’


'Mobiele telefoons maken dat het werk altijd kan aankloppen'

FUCK IT
Sommige types hebben er ook helemaal geen problemen mee om ’s avonds nog wat werkmails te beantwoorden of opdrachten af te maken. Carla Ziebertz: ‘Er zijn ook mensen die het hartstikke leuk vinden om met hun werk bezig te zijn. Voor hen is het niet zo erg om buiten de gewone werktijden te werken, zij ondervinden daar weinig stress van.’

Wat mezelf betreft: zo relaxed ben ik dus niet, maar ik ben ook geen vreugdeloos nerveus wrak. Mijn werk vind ik boeiend. En ik profiteer heus van de vrijheid van het freelancersbestaan. Het is best lekker decadent om tijdens een prutdag te denken: fuck it. Ik ga met een fijn frituurassortimentje in bed een seizoen True Blood herkauwen. Mijn werk haal ik dit weekend wel in. Het kan gewoon! Aan de andere kant is er steeds dat knagende gevoel. Ook al zijn de deadlines gehaald, want dan moet ik weer denken aan pretdodende zaken als administratie en acquisitie. Ik sta altijd wel een beetje ‘aan’. En zoals bovenstaand al is beschreven: het niet kunnen loskomen van je werk is slecht voor je fysieke en mentale welbevinden. Aan veel zaken valt weinig te veranderen. Laptops en mobiele telefoons zijn here to stay. De vaste dienstverbanden liggen bepaald niet meer voor het oprapen. Er zijn echter dingen die ik kan doen om de afbakening tussen werk en privé te verbeteren – zie het kader. Ik ga ermee aan de slag, mijn tijd beter indelen en de telefoon wat vaker uitzetten. Al is het maar om te voorkomen dat mijn broodnodige vakanties de mist ingaan. ‘Miss Iris Vandemoortele travelling to Colombo, you are now delaying the flight, please proceed to gate C52 for immediate boarding.’

SWITCH OFF
Ook last van een stressvolle vermenging van werk en privé? Tips om de uitknop in te drukken.
> Zet je telefoon vaker op de vliegtuigmodus, of uit. Tijdens een inspannende klus, goed gesprek of al een paar uur voor je gaat slapen, bijvoorbeeld. Leg ’m dan ook uit het zicht. Onderzoek van de University of Southern Maine heeft aangetoond dat alleen al de aanwezigheid van een telefoon je concentratie kan verstoren.
> Gebruik verschillende apparaten. Als het budget het toelaat, zorg dan voor een aparte telefoon voor werk en privé. Ook wat computers betreft is het goed om thuis één apparaat te gebruiken voor werk en een ander voor doelloos surfen en persoonlijke zaken. Zo voorkom dat je toch steeds je werkmail gaat checken.
> Overleg op je werk. Voel je je gedwongen te reageren als je baas om half tien ’s avonds een mail stuurt? Spreek het uit. Misschien is dat helemaal niet nodig en vindt zij of hij het prima dat je pas ’s ochtends terugmailt. Wie weet oogst je zelfs lof voor je daadkrachtige aanpak om stress te voorkomen.
> Deel je uren goed in. Spreek als je freelancer bent met jezelf af wanneer je wel en niet werkt. Natuurlijk kun je daarvan afwijken, maar liefst alleen als het echt de moeite waard is.
> Ga op vakantie. Research van de Radboud Universiteit wijst uit dat vakanties een positieve impact op je lichamelijke en geestelijke gesteldheid hebben. Ook ga je erna met meer inzet aan het werk. Het effect houdt helaas niet al te lang aan, maar dat is geen reden om niet af en toe de koffers te pakken.

HELLEp, ik heb me misdragen op de werkborrel. >