Taking Woodstock laat zien hoe het wereldberoemde festival Woodstock ooit begon. En nee, dit is geen vaag aftreksel van het verhaal, deze film is gebaseerd op het dagboek van Elliot Tiber.

Het zijn de sixties, en Elliot werkt als interieurontwerper in Greenwich Village. Opeens moet hij terug naar El Monaco om het familiebedrijf te redden, dat door zijn nogal typische ouders naar de filistijnen wordt geholpen.

Dan hoort hij over een nieuw hippiemuziekfestival uit de buurt dat geen vergunning krijgt en daarom biedt Elliot producer Michael Lang als alternatief een groot stuk grond en het familiemotel aan.

Samen met vrienden en dorsgenoten wacht hij een half miljoen mensen op. Een ietsjepietsje meer mensen dan verwacht.

Verwacht geen minutenlange concertregistraties, deze film gaat over het gevoel dat de komst van het festival bij de bezoeker losmaakt.

Je ziet heel mooi hoe het festival voor Elliot precies op het juiste moment komt: hij worstelt met zijn seksuele geaardheid, kan niet goed overweg met zijn ouders. Het festival geeft hem de moed, kracht en vooral het inzicht dat hij zijn eigen weg moet gaan.

Maar bovenal is het gewoon een heerlijke, vrolijke film met de nodige extravagante types, grappige conversaties en pakkende sixties tunes die het oude gevoel en de achterliggende gedachte (peace, love en music) van Woodstock helemaal doet herleven.

De film draait momenteel in zeven steden, kijk snel op www.biosagenda.nl waar je 'm kunt zien.