1. Wat als ik niet (meteen) zwanger kan worden?

Na een jaar lang proberen zwanger te worden, zakt de moed je toch wel iets in je schoenen. Jij wil misschien nadenken over adoptie terwijl je partner koste wat het kost alle mogelijke opties om op de natuurlijke manier zwanger te raken wil proberen. Ongeacht het prijskaartje dat eraan hangt. Of vice versa.

2. Maar eigenlijk wilde ík voor de baby gaan zorgen…

Wanneer je allebei een baan hebt en wellicht één (of allebei) van de twee erop had gehoopt thuis te kunnen blijven na de bevalling, is het wel handig om van te voren te beslissen wie er voor brood op de plank gaat zorgen. Voor jullie ineens allebei thuis zitten.

3. Wat als het kindje niet gezond blijkt?

In de meeste gevallen gaat het goed maar wat als er uit de echo blijkt dat er iets niet helemaal oké is met de baby? Kunnen jullie het financieel en mentaal aan om voor een niet helemaal gezond kindje te zorgen? Besluit je de zwangerschap af te breken? Hele heftige beslissingen die nogal kunnen drukken op je gemoedstoestand én je relatie. En daarom goed zijn vooraf te hebben besproken.

4. Wie wordt de oppas?

Kind geboren maar kom je in de knel met werk? Je zult net zien dat jij had bedacht dat je moeder wel kon oppassen, terwijl je partner de kinderopvang een beter idee vindt. Overleg dat van te voren; opvang en nanny's kosten nogal wat – zeg maar dag tegen die nieuwe schoenen...

5. Hoe gaan we de ouderschapstaken splitten?

Wie doet wat? Dit kun je soms beter vooraf bespreken dan in het heetst van de strijd (lees: middenin de nacht met een schreeuwende baby), daar wordt namelijk niemand blij van. Spreek van te voren een routine af: jij warmt de fles op, hij doet de poepluiers?

6. Waar laten we de kinderen opgroeien?

Stel: één van jullie wil de grote stad verlaten om in een hutje op de hei (of in een dorp, either way) het kind te verwelkomen, terwijl de ander juist een bruisend stadsleven voor ogen had. Of stel: één van jullie wil dichterbij de grootouders gaan wonen, terwijl de afstand met pa en ma voor de ander niet groot genoeg kan zijn… Da's best lastig. Deze dilemma's kun je het beste uitspreken voor de baby arriveert.

7. Hoeveel hulp willen we, voor hoelang en van wie?

Groot(schoon)ouders die voor acht weken bij je in huis willen trekken, om met alles te helpen, kan zowel een vloek als een zegen zijn. Bepaal van te voren hoeveel hulp je wil en welke rol opa en oma in het leven van hun kleinkind gaan spelen – voordat ze met hun koffer voor de deur staan en je er niet echt meer onderuit kunt.

8. Precies-zoals-hij-heet Junior.

Ehm, de naam van je kind is ook wél echt een dingetje waar je niet in het ziekenhuis nog om wil ruziën...Vantevoren samen tot een mooie naam komen, kan je helpen voorkomen dat je de naam van je kind niet voor de rest van je leven met wrok richting je partner uitspreekt.

9. Bevallen met de hele schoonfamilie erbij.

Het is best handig op voorhand te bedenken wie je bij de bevalling wil hebben. Niet iedereen zit te wachten op het hoofd van schoonpa wanneer je puffend je kind ter wereld brengt en het is evenzo praktisch dit tijdig aan de familie te melden.

10. Maar lieverd, we zouden toch samen slapen vannacht?

Niets is vervelender dan wanneer jij je bed een sexy place wil houden, terwijl je partner maar al te graag kroelend met de kinderen in slaap valt. Bedenk wat je wel en niet oké vindt als het aankomt op kids in je slaapkamer/bed.

11. 'Maaaaam, mag ik een snoepje?'

Een beetje bespreken hoe je de kleine wil opvoeden is handig, kinderen hebben namelijk heel snel door bij wie ze moeten zijn en voor wat.

12. Diner voor twee

En dan tot slot: wat ga je er (samen!) aan doen om het leuk te houden? Want tussen de gebroken nachten, vieze luiers en het voeden door is het ook zeker belangrijk om volwassen gesprekken te blijven voeren en seks te hebben enzo.