Ma-zzeltov. Een zoon is geweldig. Een zoon is niet beter dan een meisje, of althans, dat zou ik niet weten, maar nu je een jongen krijgt is het leuker te doen alsof dat wel zo is. Zoals in de Godfather, die we al na deden over de telefoon: I hope your first child, will be a masculin child.
Mijn zoon is in ieder geval een dik feest. Hij ontploft van woede soms, hij stompt zijn eten naar binnen.  Hij kan zo verdomde moeilijk kijken. Dat weet jij natuurlijk. Je bent zelf ook een zoon. En ik ook.

Hier mijn tips die ik de afgelopen zeven maanden verzameld heb voor het krijgen en het hebben van een zoon.

Één: de bevalling is niet de mooiste dag van je leven. Althans, dat vond ik niet. Ik vond het ook niet de ergste dag van mijn leven. Om eerlijk te zijn vond ik het hele geheel een beetje underwhelming. Niet dat het saai was, natuurlijk. Maar hij wás er gewoon ineens. Na een tamelijk bescheiden tien uur. En dan hadden wij mazzel natuurlijk. Ik gun jullie een underwhelming bevalling.

Misschien was het ook een beetje shock.

Het moment dat ik hem voor het eerst vast had was ook niet het mooiste moment van m’n leven. Ik was er niet helemaal bij denk ik. Ezra piepte alleen maar. Ik wiegde hem een beetje op en neer, dat hielp niks. Terwijl Sarah lag bij te komen, moest ik maar rondlopen. Met die baby in m’n armen. Rondjes, rondjes, rondjes.
Na een uur dacht ik: dit begint een beetje zwaar te worden. Ik dacht: wie gaat hem nou zo van me overpakken? En toen besefte ik: niemand gaat hem van me overpakken. Nooit meer.
Dat was een raar moment. Als ik hem nu in een hoek leg en er bovenop ga zitten, dan zou dat mogen. Bij wijze van spreken.


De eerste drie maanden is het heel veel liegen. Liegen tegen jezelf, liegen tegen anderen. 'Ik nog nooit zo gelukkig geweest, dat is gewoon echt zo.'


Dat is allemaal niet waar.

Hier nog een paar tips: hydrofiele doeken. The rumours are true. Koop er maar veertig. Je raakt de helft kwijt. Hier is er nog één: huismerk Etos-luiers. Al het andere is diefstal. Hier nog één: de litter champ. Een tip van één van Sarah's meer georganiseerde vriendinnen. Een pedaal-emmer die oorspronkelijk bedoeld is voor het grind uit de kattenbak. Perfect voor luiers. Je ruikt niks.

De eerste drie maanden is het heel veel liegen. Liegen tegen jezelf, liegen tegen anderen. Je schoonouders, je vrienden, de onderburen: 'Hij lijkt op mij he? Vind je niet?' Of deze: 'Ik nog nooit zo gelukkig geweest, dat is gewoon echt zo.' Dat is allemaal niet waar.

Dit is ook een mooie: 'Ik vind dat hij een heel soort opmerkzame blik heeft, vind je niet? Hij ligt daar echt zo een beetje te observéren.'
Dat is absoluut gelul. Je baby ligt niet te observeren. Hij ligt als een demente dronkenlap voor zich uit te staren. Hij weet niet wie je bent. Hij weet niet of hij honger heeft. Hij weet niks. Hij weet niet eens dat hij een baby is.

De eerste drie maanden is hard werken, vind ik.

Al dat leren gaat zo godverdomme langzaam. Na drie maanden moet hij rollen, maar dat dóet hij niet. Na vijf maanden moet hij brabbelen, maar d’r komt niks uit. Soms denk je: mijn baby is een debiel. Maar wees gerust: alle baby’s zijn debielen.
Hier nog een paar tips: ga op date-night. Iedere week. Drink zoveel je kan, en heb daarna ook seks. Hier nog één: leg je baby zo snel mogelijk op zijn eigen kamer. Dan leert ‘ie beter slapen. Of dat denk ik, in ieder geval. Hier nog eentje dan: probeer veel thuis te zijn.
Jij werkt heel hard, beste vriend. Net als ik, en Sarah. Maar werk gewoon minder hard. Zo moeilijk is dat niet.


Op een dag kom je thuis van je werk en is hij blij je te zien. Dat gebeurt van voor het eerst.


Dat gebeurde bij mij vorige week. En dat was het mooiste moment van mijn leven.

Na zeven maanden ontwaken ze ineens. Die baby’s. Of misschien denk ik dat nu omdat Ezra zeven maanden is. Misschien lieg ik nog steeds, en wil ik zo graag met ‘m praten. Maar dat kan ‘ie nog lang niet. De onbenul.

Wat gebeurt, is dat je hem gaat kennen. Ik kan nu op twee seconden voor het gebeurt voorspellen of hij gaat huilen of niet. Als een paragnost met één waardeloos talent.

‘Nu gaat ‘ie huilen.’ En dat ‘ie het dan doet. Je hebt daar niks aan. Maar leuk is het wel.

En hij gaat jou kennen. Dat is nog veel leuker. Op een dag kom je thuis van je werk en is hij blij je te zien. Dat gebeurt van voor het eerst. Dan pak je hem uit z’n stokke triptrap (nog een tip) en zwaait ‘ie met die dikke armpjes omdat jij zijn vader bent en hij blij is jouw te zien. Dat gebeurde bij mij vorige week. En dat was het mooiste moment van mijn leven.
Jij moet nog twintig weken. Ik zou daar niet al te zenuwachtig om zijn want je zit er toch aan vast. Of je het nou leuk vindt of niet. Nog een tip: je hoeft het niet leuk te vinden. Want dat wordt het vanzelf. Eerst krijg je spijt, en daarna niet.

Willem Bosch is scenarioschrijver van oa Van God Los en Penoza. Sarah Sluimer schrijft aan haar eerste roman bij Atlas/Contact en maakt programma's voor Paradiso. Ze zijn trotse ouders van een prachtige zoon. Ezra. In Amsterdam. En delen, om-en-om, hun ervaringen als kersverse ouders.

> De columns van Willem en Sarah voor ELLE.nl worden gebundeld in een boek! Dit najaar verschijnt Ontaarde Ouders bij Lebowski Publishers.

//

'De Vrienden met Twee Kinderen is het meest onuitstaanbare tuig op het schoolplein.'

Lees verder >