Terwijl Domenico Dolce en Stefano Gabbana eergisteren nog in feesthum waren tijdens de opening van hun gloednieuwe Londen-flagshipstore, was gisteren een kleine nachtmerrie voor het ontwerpersduo. De Italiaanse rechtbank veroordeelde de mannen, na een jarenlange rechtszaak, tot één jaar en acht maanden gevangenisstraf voor het ontduiken van belasting. En ook vijf andere boardmembers van het modehuis werden veroordeeld.
FORMEEL STATEMENT
Vandaag bereikt ons het nieuws dat de advocaten van Dolce & Gabbana een formeel statement de deur uit hebben gedaan, waarin ze zich focussen op de positieve kant van de uitspraak van rechter Antonella Brambilla. Namelijk dat de designers wél zijn vrijgesproken van de aanklacht dat ze zouden hebben gelogen over de waarde van hun bedrijf ten tijde van de verkoop aan het Luxemburg-based bedrijf Gado (lees hier terug hoe die vork precies in de steel zat). Maar in het statement wordt met geen woord gerept over de gevangenisstraf die de twee boven het hoofd hangt.
We quoten: ‘Met grote tevredenheid hebben wij kennis genomen van het feit dat – voor de tweede keer – een rechter van de Milanese rechtbank, omdat de aantijgen onjuist zijn, heeft herhaald dat Mr. Domenico Dolce en Mr. Stefano Gabbana zich absoluut niet schuldig hebben gemaakt aan het uitbrengen van onjuiste verklaringen over hun inkomsten.’
En iets later: 'De aanklachten zijn eigenlijk een paradox; de twee designers worden aangeklaagd voor het niet betalen van belastingen voor een som geld die het dubbele is van wat ze in werkelijkheid hebben verdiend. De rechtbank heeft juist geoordeeld, naar wat wij altijd hebben gezegd, en de burgers gekalmeerd; niemand zal ooit verantwoordelijk worden gesteld voor het niet betalen van belasting die hoger is dan wat er aan brutowinst is binnengekomen.’
HOGER BEROEP
Over het feit dat de designers en een aantal boardmembers wél zijn veroordeeld voor het bijdragen aan een overtreding door belastingverzuim, zeggen de advocaten: ‘We zullen ons sterk verzetten tegen dit deel van de uitspraak, zeker wetende dat het resultaat anders zal zijn in hoger beroep.’
Het volledige statement kun je hier terugvinden.
