Hoe startten de vorige hoofdredacteuren hun baan? We deelden al het eerste editorial van Liesbeth Hendrikse, die ELLE naar Nederland haalde, en het editorial van José Rozenbroek. Cécile trad in oktober 2004 aan – onderstaand haar allereerste editorial.

'WERKEN BIJ ELLE, het levert soms wonderlijke tegenstrijdigheden op. Zat ik dik drie jaar geleden als eindredacteur nèt fotobijschriften te maken bij een hilarisch diepte-interview met Patricia Paay, hoorde ik vanaf de Quote-redactie roepen dat zich een vliegtuig in het World Trade Center had geboord. Ruim een half jaar later, tijdens het bekoppen van een artikel over zonnebrandcrèmes, hoorde ik over het bloedbad op de school in Erfurt. En gisterenmorgen ik had mijn jas amper uit, vertelde redacteur Patricia met rode konen dat ze op weg naar de redactie langs een lijk was gereden, bedekt met een laken, en dat de mensen bij het roodwitte lint fluisterden dat het Theo van Gogh was.

Op dat moment leek alles wat ik nog moest doen die dag opeens schrikbarend onbenullig: ’s morgens de voorjaarscollectie bekijken van een modemerk, ’s middags als nieuwe hoofdredacteur van ELLE poseren voor de foto bij dit editorial. En zoals ik Patricia Paay nu niet meer los kan zien van elf september, en zonnebrand als vanzelfsprekend link aan Erfurt, zo werd de nieuwe lentemode plotsklaps onlosmakelijk verbonden aan Van Goghs dood.

De modecollectie die ons die ochtend getoond werd, had onder meer ‘toekomst’ en ‘graffiti’ als thema. We zagen jeans met rafelrandjes, opzettelijk versleten en gekreukte T-shirts, handgeschreven teksten op borsthoogte en – een toppertje qua techniek – shirts met perfect ronde gaten erin, gemaakt met behulp van laserstralen. Ben ik ernstig gedeformeerd als ik dan afdwaal naar een paar kilometer verderop, waar het slachtoffer op dat moment nog steeds lag, in een ongetwijfeld beschadigde jeans, met een ongetwijfeld gekreukt en versleten T-shirt, met kogelronde gaten erin en een handgeschreven tekst op zijn borst?

Later die dag, tijdens het poseren voor bovenstaande foto, begon mijn geweten pas echt te knagen. Waarom was ik geen arts zonder grenzen geworden? Heilsoldate? Of cliniclown? Waarom stond ik hier op een winderig Museumplein een een strakke jurk een opgemopte versie van mezelf te spelen ? Wat betekende ik in godsnaam voor de maatschappij?

Ik sliep er nog een nachtje over.

Het schuldgevoel trok langzaam weg, en wel hierom:

Ik denk dat het geen schande is om over mode te schrijven in een wereld die vergeven is van de godsdiensttwisten en rassenrellen. Júist niet. Zelden zoveel interculturele verbroedering gezien als bij de shows in Milaan – maar goed, de menen die front row zitten zijn doorgaans rijk, beheerst en weldoorvoed. Ik denk dat het niet kwalijk is om schoonheid te laten zien of om het aangename te benadrukken in een land waar mensen hun huis uit getreiterd worden door irritante gastjes uit de buurt. Of ELLE bang is voor de realiteit? Welnee, al laten we wel een ándere realiteit zien dan die van de bezorgde heren die hel en verdoemenis voorspellen in kranten en op tv. In dit nummer vind je dus behalve mode en beauty ook nieuwe positivo’s, die – in tegenstelling tot De Positivo’s van Koot & Bie – niet prediken dat Onze Heer wereldkampioen is. De nieuwe garde gelooft in klein, bescheiden geluk: verliefde bejaarden, sympathie op het eerste gezicht en, het werd hoog tijd ook, in pret met moslims.

Kijk, zo zien we dat graag, bij ELLE. Hoop doet leven. EN dat is nog eens een mooie tekst voor op een T-shirt.'

Cécile Narinx, hoofdredacteur

Nu in de winkel: hét jubileumnummer van ELLE >