Eten is je identiteit. Eten is imago. Eten is een medicijn. Eten is religie. Dus wat doe je nog met die bal gehakt? Journalist Margot C. Pol verdiept zich in voedselsnobisme.

Een gewetensvraag: je gaat met een groepje leuke, vrouwelijke collega’s die je nog niet zo goed kent, uit eten. Iedereen neemt dorade met citroen. Bestel jij dan nog de hamburger met extra kaas waar je eerder zo’n zin in had? Grote kans van niet. Want eten, beseffen we allemaal, heeft te maken met imago. Wat je eet, zegt iets over je. Iedereen die weleens bij Marqt koopt, weet dat (anders zou je nooit zes euro voor een potje glutenvrije notenpasta betalen). Omgekeerd geldt het ook: van de goede vrienden die mij eens na een lange werkdag én een half uur fietsen door de regen, een lauw bord Knorr Wereldgerecht Kip Siam voorzetten, hield ik na die avond tóch een heel klein beetje minder.

Natuurlijk: wie een gluten-, noten- of andere allergie heeft, heeft geen keuze – die moet wel kieskeurig zijn. Maar waarom stappen ook mensen zónder coeliakie over op een glutenvrij bestaan? En waarom is een bakje zelfmeegenomen vegan salade als lunch wél cool, en een zakje zelfgesmeerde boterhammen met pindakaas niet? En lijkt het maar zo, of zijn we tegenwoordig wel héél erg bezig om onszelf met Pioppi, paleo en vegan te onderscheiden van de rest?

‘Een dag is het niet waard geleefd te worden, zonder de hele tijd na te denken over wat je straks zult gaan eten,’ zei de briljante schrijver Nora Ephron ooit. En zo is het: eten heeft een speciaal plekje in ons hart. Kookboeken verkopen al jarenlang geweldig, koks als Yotam Ottolenghi en Jamie Oliver hebben een sterrenstatus en al werd je tien jaar geleden nog een beetje vreemd aangekeken als je in een restaurant een foto van je bord maakte, nu is de logische vervolgvraag welk filter er overheen zit.

Sinds de jaren zestig, toen voedsel nog gewoon brandstof was om de dag door te komen, is er dan ook veel veranderd: dankzij buitenlandse invloeden en gestegen welvaart eten we tegenwoordig om te genieten. Loop door de stad en je ziet overal de bar-bistro’s, chique frieteriën, cold-pressed-juicebars en hummusrestaurants oppoppen. Tegelijkertijd leven we in een tijd van individualisering: bij gebrek aan kerk of politieke partij die onze keuzes bepaalt en ons leven vormgeeft, willen we onszelf tonen door wat we kopen, wat we dragen – en wat we eten. En daardoor, zegt consumptiesocioloog Hans Dagevos, is eten inderdaad belangrijk geworden voor onze identiteit. Het is een manier geworden om jezelf, bewust of onbewust, te onderscheiden, of het nou met een espressomachine is met de prijs van een mooie tweedehands Volvo, of door alle dierlijke ingrediënten uit je dieet te schrappen.

'Met eten kunnen we onszelf genezen, we weten het heel zeker'

En dan is er nog die fixatie op gezondheid. Sporten, mediteren, we doen er alles aan om gezond te worden en te blijven, en goed eten valt daar ook onder. Misschien heeft het te maken met het gevoel van maakbaarheid: we zijn zelf verantwoordelijk voor ons geluk en onze gezondheid, dus kom maar op met die broccoli, frambozen en, echt waar, bleekselderij – momenteel big in de Verenigde Staten. De hype van superfoods als chiazaden en gojibessen mag dan alweer een beetje voorbij zijn en de helende krachten van boerenkool nooit honderd procent bewezen, maar we blijven optimistisch doorzoeken. De dames van het fameuze blog The Green Happiness spoelden elke ochtend hun mond met klei, actrice Hilary Duff dronk pas nog na de geboorte van haar tweede dochter een smoothie gemaakt van haar eigen placenta, maar soit. Met eten kunnen we onszelf genezen, we weten het heel zeker. En wee degene die dat tegen durft te spreken.

Religie

Sinds Karlijn Buijs (35) vijf jaar geleden paleo is gaan eten, ontbijt ze met een banaanpannenkoek of een bietjessalade, luncht ze met knollen en vis en dineert ze met zoete aardappel, pastinaak en kip. Suiker at ze daarvoor ook al niet, brood mist ze eigenlijk alleen vanwege het gemak van even een boterhammetje smeren, want paleo eten kost meer tijd. Het enige wat soms écht lastig is om te laten staan, is gesmolten kaas. Het zou een groentelasagne nog lekkerder maken – maar ja, zuivel past niet binnen het oermensdieet. ‘Maar ik krijg er zo veel voor terug. Sinds ik paleo ben gaan eten, heb ik meer energie, minder hoofdpijn, minder PMS-klachten en meer rust in mijn hoofd. Vroeger was ik vaak moe en moest ik supervaak en regelmatig eten, anders viel ik flauw of werd ik hartstikke chagrijnig. Nu ben ik niet meer afhankelijk van eten. Ik ben overgestapt van een baan in de mode naar orthomoleculair therapeut. Voor mij werkt dit zó goed, dat ik denk: deze boodschap wil ik verspreiden, misschien werkt het voor andere mensen óók.’

'Eten is een religie, inclusief fanatisme, bekeringsdrang, goeroes en de duivel

Eten lijkt soms wel een nieuwe religie, denkt hoogleraar voeding en farmacologie Renger Witkamp vaak. Het fanatisme waarmee sommige mensen over hun eigen keuzes praten, de bekeringsdrang, de dieetgoeroes en zelfs de duivel (in de vorm van zuivel, gluten of filet américain); alle elementen komen terug. Zelfs vasten en detoxen (‘Heel symbolisch, jezelf reinigen’) zie je terug in de voeding. En nog zo’n onderdeel van een religie: jezelf iets ontzeggen. Brood, bijvoorbeeld: niet per se makkelijk, maar wie sterk genoeg is, wordt er net als in het geloof voor beloond met een symbolisch plekje in de hemel: meer energie, een stralende huid, een plattere buik en minder onrust in je hoofd. (Vraag: van welk dieet komen bovenstaande beloften? Van paleo, vegan, broodvrij, Pioppi of Montignac? Antwoord: van allemaal.) En zo krijgt een vorkje prikken steeds meer betekenis: het wordt een keuze, een statement, en misschien ook wel een houvast in drukke, onzekere tijden. Door voor een bepaald soort eten te kiezen, hoor je weer bij een klein groepje dat elkaar steunt en inspirerende Instagramrecepten doorstuurt. Veilig en gezellig, en misschien voel je je zelfs wel een beetje verheven boven de rest, zegt hoogleraar Witkamp: jullie weten immers hoe het écht zit. Maar dat kleine groepje kan elkaar ook keihard op de vingers tikken, zoals de bekende vegan blogger Merel Wildschut van De Groene Meisjes ondervond, toen ze in een blog vertelde af en toe trek te hebben in geitenkaas en cheesecake, en daar soms aan toegaf. De boze volgers buitelden over elkaar heen, ze werd vergeleken met een verkrachter en een kindermishandelaar vanwege het leed dat ze kalfjes en koeien aan zou doen; was ze soms gek geworden?

Je kunt je afvragen: geniéten al die eetfanatiekelingen eigenlijk nog wel? Het gevaar is inderdaad dat mensen doorslaan, zegt hoogleraar Renger Witkamp. Zeker in combinatie met alle onwaarheden over eten die er op internet staan (agavestroop is gezonder dan suiker, een ei is de menstruatie van een kip), kan de interesse in eten ongezonde resultaten opleveren, of een beetje doorslaan.

Onzinnig

‘Ik eet al vegetarisch sinds ik acht ben, drie jaar geleden begon het hypocriet te voelen dat ik de bio-industrie ondertussen wél gaande hield met eieren en kaas,’ vertelt auteur Dorien van Linge (24). ‘Ik heb lang een eetstoornis gehad met afwisselend anorectische en boulimische perioden. Met veganisme had ik iets gevonden wat wél werkte, dacht ik. Maar langzamerhand ging ik steeds meer uitsluiten. Eerst dierlijke producten, daarna bewerkte producten als sandwichspread en brood en pasta, tot ik op het laatst voornamelijk groente en fruit at. Ik sloot langzamerhand steeds meer uit en bouwde een angst op voor dingen die ik een jaar daarvoor nog als gezond classificeerde. Ik ben een tijd teruggegaan naar vegetarisch eten, en toen na een paar jaar therapie de gedachten aan eten niet meer mijn dag domineerden en ik weer in staat was om ook van ongezonde dingen te genieten, wilde ik onderzoeken of ik op een verántwoorde manier veganistisch kon eten: uit idealisme, niet omdat ik dun wilde zijn. Inmiddels ben ik weer veganist, maar niet meer zo zwart-wit. Vlees zal ik echt nooit eten, maar ik wil wel iemand zijn die op feestjes gezellig kan meedrinken en eten, ook als er melk of kaas inzit. Ik kan nu de zachtheid voor mezelf hebben om te denken: alle beetjes helpen.’

Het hele weekend pulled pork op je Green Egg stoven? Ga iets zinnigs doen!

Zoals met alle hypes komen er ook mensen in opstand. Hou in hemelsnaam op met de verheerlijking van eten, schrijft journalist Steven Poole in zijn boek You Aren’t What You Eat. Het hele weekend pulled pork op je Green Egg stoven, urenlang kookprogramma’s kijken, huilen omdat Noma, officieel het beste restaurant ter wereld, dichtgaat? Ga toch iets zinnigs met je leven doen! In Nederland deelt microbioloog en columnist Rosanne Hertzberger zijn theorie. Waarom zou je in hemelsnaam je tijd besteden aan zélf aardappelpuree maken als je dat ook in een zakje kunt kopen en een interessante documentaire kunt kijken? Haar pleidooi vóór E-nummers en gemaksvoedsel leverde een paar jaar geleden een rel op die maar weer eens bewijst hoe gevoelig eten ligt – en dus hoezeer we het op onszelf betrekken. Kom aan ons bordje, en je komt aan onszelf.

‘En dat,’ zegt blogger Rose Mentink (42) ironisch, ‘terwijl je ook gewoon wat ingrediënten in de slowcooker kunt gooien en paar uur later vanzelf een heerlijke maaltijd hebt staan.’ Dat mensen dingen in hun mond stoppen die ‘prima’ smaken, kan Rose niet begrijpen. ‘Maar goed, ik ben dan ook absoluut een voedselsnob. Als ik bij mensen met een Senseo kom, drink ik liever een glaasje water. En als nieuwe vrienden voor me koken en ik vind het niet lekker, neem ik netjes een hapje en eet ik het verder niet op. Dan denken ze dat ik een heel kleine eter ben, haha.’ Is die kritische houding niet zwaar, af en toe? ‘Nee, ik vind het leuk om me op te winden over eten, uit al die aandacht kunnen ook mooie dingen ontstaan. Veel mensen denken nog steeds dat gezond eten duurder is, bijvoorbeeld, dan is het toch goed dat ze leren dat je ook met goedkope linzen iets heel lekkers kunt klaarmaken?’

Precies dat is dan weer positief aan die collectieve eetobsessie van ons, zeggen de gezondheidswetenschappers: mensen stoppen niet meer zomaar alles in hun mond, maar worden zich steeds bewuster van wat ze eten. Dat is winst.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk in ELLE maart 2019.

preview for ELLE TV