In de Lucht
De douane liet de dildo zonder blozen door.
Onze boardingpassen kregen een prioritystempel. We waren wat laat, omdat zij, volgens haar, niet zichzelf was. Normaal plande ze strak, nu vertrouwde ze op mij.
Een paar uur voor we naar het vliegveld vertrokken, kocht ik een roze dildo en een harnas van het beste en duurste soort. Boven en onder het gat voor de pik van siliconen zat een zakje voor de ‘bullet’: een mini-vibrator, dunner dan een tampon maar twee keer zo lang, voornamelijk bedoeld voor het plezier van de penetrerende partij. Ik stopte alle onderdelen in mijn handbagage en verheugde me op deze nieuwe eerste keer.

In het vliegtuig zaten we naast elkaar. Mijn botten leken pingpong met mijn huid te spelen. Ik wilde me tegen haar aanwrijven om de beweging in mij te dempen én ik wilde blijven zitten om het springende te blijven voelen.
Om iets van mijn contactlust vrij te laten, vroeg ik wat ze las.

Het was een essaybundel, The Empathy Exams. De Amerikaanse Leslie Jamison bezocht een bijeenkomst van mensen die aan ‘Morgellons’ leiden.     
‘Het bestaan van de ziekte is nooit bewezen, maar patiënten hebben het gevoel dat er beestjes onder hun huid krioelen’, vertelde W..
Ik schoof een vinger in de voorgefabriceerde scheur in haar spijkerbroek.
‘Morgellons is besmettelijk. Wie erover praat, steekt anderen aan.’
Ze duwde de armleuning tussen ons omhoog en kuste me.
Het springende vond geen rust. Het wilde meer.
Onze kleine Romeinse hotelkamer keek uit een windstille binnenplaats. We openden de kamerdeur naar de gang om de muffe lucht te verdrijven.


'Ik wilde me tegen haar aanwrijven om de beweging in mij te dempen én ik wilde blijven zitten om het springende te blijven voelen.'

W. woog het roze in haar hand en knikte, keurde de grootte goed.
Ik liet mijn shorts zakken, stapte in het harnas en sjorde het klittenband om mijn middel strak. De elastieken riempjes snoerden in mijn billen. Ik hield de v-vormige buidel van het harnas open stak de dildo door het gat. De bullet ging op trilstand drie.
W. wreef tussen haar benen en zei dat glijmiddel echt niet nodig was.

Ik boog voorover, voelde de paar grammen extra aan mijn heupen hangen, snoof en stak mijn tong naar binnen. Maakte een haakje, duwde tegen haar wanden, likte naar boven, cirkelde en terug. Weer erin, wenken met mijn tong, gleed eruit, lange halen, twee rondjes. Snoof, die gekmakende geur, snoof, boorde mijn neus in haar vocht.  Snoof, wilde mezelf daar begraven om eeuwig, fuck, die geur.

Ik spuugde haar nog natter – al was extra vocht inderdaad niet nodig – en kroop met mijn onderlichaam naar haar toe. Mijn hand begeleidde de dildo. Mijn billen deukten om dieper te komen. De elastieken riempjes schoven. Ik duwde haar benen over mijn schouders, trok mijn lange haar onder haar kuiten vandaan. Ik greep de rand van het matras, klauwde met mijn tenen om grip te krijgen in het laken. Schommelde, stootte, neukte. Ze draaide zich op haar buik. Ik haalde de bullet uit de gleuf van het harnas en duwde die bij mezelf naar binnen. Mijn borsten op haar schouderbladen. Haar oor: bijten. Haar nek: likken. Het bed: kreunend. De lakens: golvend. Alles: nat. Hijgen, doorgaan, de verzadiging voorbij.
W. nam de dildo mee onder de douche, om hem schoon te spoelen. Ik stroopte het harnas af en hing het te drogen aan de hendel van het naar binnen slaande raam.
Pas toen er werd geklopt, had ik door dat de kamerdeur nog op een kier stond.

‘One moment,’ riep ik. De bullet zat nog in me op stand drie. Ik perste hem uit, maar kon de uitknop niet vinden: het ding bleef trillen. Ik trok wat aan en hield de bullet in mijn hand. Voor de deur stond een man. Hij droeg een donkergroene bak vol bloemen.
Hij banjerde door de kamer en tilde de bloembak in het raamkozijn.
Het harnas hing naast zijn hoofd.
Hij haalde twee kettingen tevoorschijn en haakte deze aan de bak.
Hij liet de bloemen over het venster zakken en spande de boel strak. Hij bleef even staan, sloot zijn ogen en snoof.
‘Odore buona’.
Dat zei ik hem vele malen na.

Simone van Saarloos (25) is schrijfster en columnist. Afgelopen juli verschenen haar gebundelde nrc.next-columns in Ik deug/deug niet (Nijgh & Van Ditmar). Deze maand verschijnt Het monogame drama (De Bezige Bij), een essay waarin ze op zoek gaat naar de mogelijkheid om 'alleen samen te leven.

Dit verhaal verscheen oorspornkelijk in ELLE