ELLE's Marjolein Stormezand woont, na vier jaar alleen te hebben gewoond (en een eerdere horror samenwoonervaring), samen. In de nieuwe rubriek 'Samenwonen, hels of hemels' onderzoekt zij hoe het een beetje leuk te houden met elkaar.


We moeten het hebben over het huishouden. Terug in de tijd.

De verhuisdag was aangebroken. Of eigenlijk: het werd ineens besloten. Door een samenloop van omstandigheden waren we allebei vrij en andere plannen hadden we niet. 'We gaan naar Ikea.' Zo werd het mij medegedeeld terwijl ik een laffe tosti in mijn mond schoof. Dit had een moment van ruzie kunnen worden: ik hou niet van verrassingen noch van naar Ikea gaan. 'Er moeten kasten gekocht worden.' Hij had gelijk. Zodoende stonden we niet veel later in Ikea op zoek naar opbergkasten en uiteindelijk allerlei dingen die ik niet nodig had maar wel kocht. Want Ikea.

Toen mijn nieuwe huisgenoot tevreden leek over het resultaat, zei hij: 'We gaan verhuizen.'

Na Ikea besloot hij: 'We gaan de kasten in elkaar zetten.' Toen mijn nieuwe huisgenoot tevreden leek over het resultaat, zei hij: 'We gaan verhuizen.' Binnen een paar minuten was er een verhuisbus geregeld én iemand om te helpen sjouwen. Ongeveer twintig dozen, drie vuilniszakken, een eettafel, stoelen, televisie, bed, matras en een garderobekast verder, was mijn deel verhuisd. Ik pakte de spullen uit, gaf het een plek, poetste het één en ander.

Het verhuisproces legde in een klap de taakverdeling bloot: ik nam geen leiding, sjouwde amper, pakte de dozen uit en poetste. Nog voordat we waren ingetrokken hadden we de rolverdeling op traditionele wijze bepaald. Dit zou wellicht goed kunnen werken als ik een traditionele meid zou zijn geweest. Ben ik niet. En hij is ook geen traditionele man. Wie nog wel? Toch hoorde ik tijdens het uitpakken instructies waar ik The Handmaid's Tale-achtige visioenen bij kreeg. 'Ik hou het graag netjes', sloot hij de dag af.

Wat bedoelde hij precies met 'ik' in 'ik hou het graag netjes'? Want 'ik' ben het namelijk niet. Ik ruim of op of laat de boel de boel, zo deed mijn moeder het ook, zo heb ik het denk ik aangeleerd. Dit tot ergernis van alle mensen waar ik in mijn leven mee heb samengewoond en zo ook tot ergernis van mijn nieuwe huisgenoot. En misschien ook tot ergernis van mezelf. Het is nu eenmaal de aard van het beestje, heb ik op een goede dag besloten. Desalniettemin voel ik de ruzies over dit onderwerp al aankomen.

Het huishouden, hoe hou je het een beetje leuk als de een een rommelkont is en de ander het tegenovergestelde? Ik sms een samenwooncompaan waarvan ik laatst opving dat er bij hen thuis opvallend weinig ruzie aangaande het onderwerp is, en de karakters toch behoorlijk verschillen. Allebei werken ze evenveel, zij als freelance journalist meer thuis, hij als klusser altijd buiten de deur. 'Bij ons is het wel heel traditioneel geregeld,' biecht ze op. 'Wassen, schoonmaken, stofzuigen, dat doe ik allemaal. Tommy [niet de echte naam, red.] doet dingen als reparaties; tuin, auto en het snoeien van struiken. Ik laat het een beetje. Het klinkt misschien niet heel feministisch, maar ik ben beter in mijn taken en hij in die van hem. De beste oplossing voor dit alles is het in handen nemen van een schoonmaker. We delen de kosten samen en dat geeft me toch het gevoel dat we dan weer gelijkwaardig zijn.'

Vrij traditioneel inderdaad. En nogmaals, al zou ik dagdelen vinden om naast mijn bijna fulltime baan schoon te maken, dan zou ik het alsnog niet onder controle krijgen: ik ben niet in het bezit van het opruim-gen. Ik benader iemand uit mijn omgeving waarvan ik weet dat zij ook maar wat aanrommelt. Hoe gaat zij om met huishoudonenigheid?

'Niet' vertelt ze mij telefonisch. 'Bas is heel netjes en komt ook uit een gezin waar het thuis altijd opgeruimd was. Als hij opruimt, is het meteen schoon en geordend, ik kan dat niet en hij verlangt het ook niet van me. Dat is het fijne eraan. Ik kook en was en hij strijkt en doet alle andere dingen. Hij wordt nooit boos om mijn rommel. Soms heb ik wel met hem te doen, als hij thuiskomt in ongeorganiseerde chaos, bijvoorbeeld. Daarom hebben we een schoonmaker in dienst genomen. Die komt nu eens per week een halve dag.'

Wederom een gevalletje ongelijkwaardige verdeling. En wederom een gevalletje 'nam een schoonmaker in dienst'. Gezien de feiten ziet het er niet naar uit dat mijn nieuwe huisgenoot op korte termijn zal inschikken en mijn rommel zal opruimen. Hoewel hij inmiddels wel opmerkelijk vaak met een stofzuiger in de weer is. Hij lijkt zich te hebben neergelegd bij mijn onkunde aangaande een 'net huishouden' en volgde het advies 'neem een schoonmaker' op, die komt nu om de week. Volgens mij moet het ons zo lukken. Hoewel, ik kreeg gisteren een sms dat het een 'teringzooi' was thuis. 'Vond het best netjes', stuurde ik. Haastig gevolgd door hartjesogen.

Marjolein Stormezand editor ELLE
.
ELLE favorieten van de dag:
ss